29 DECEMBER 1956 – 2021
65 jaar wetenschap
naar de praktijk
Wij nemen u graag mee in de grote en belangrijke ontwikkelingen van het NHG en het huisartsenvak: hoe zijn we begonnen en eigenlijk nog veel belangrijker, waar willen we met elkaar naartoe?
Waarom een wetenschappelijke vereniging?
Een belangrijk argument om het NHG als wetenschappelijke vereniging op te richten was dat rond 1950 het beroep van huisarts geen hoge status had. De praktijkvoering liet te wensen over. Een efficiënte praktijkvoering moest de basis zijn voor een verantwoorde werkwijze van de huisarts, met een noodzakelijk wetenschappelijk fundament. Zo ontstond het NHG.Afgelopen 65 jaar is daar op veel manieren met succes aan gewerkt.
Betekent dit dat we met pensioen kunnen? Zeker niet! Voor 2022 hebben we heldere doelstellingen geformuleerd:
Binding en waardering vergroten
De binding met en waardering van onze leden vergroten door onze toegevoegde waarde duidelijk uit te dragen. Leden meer betrekken door beter in te spelen op hun wensen en te innoveren op zowel productniveau als op het gebied van onze dienstverlening.
Laten zien waar we voor staan
Lid worden van een vereniging is anno 2022 niet vanzelfsprekend. We vinden het belangrijk de gehele beroepsgroep te vertegenwoordigen. Daarom willen we in 2022 een stijging inzetten van het aantal startende huisartsen dat lid wordt van het NHG. We gaan in 2022 duidelijker aan aios laten zien wat het NHG doet en waar we voor staan.
NHG zichtbaar beter maken
Binnen 3 jaar willen we dat het percentage praktiserende huisartsen dat lid is van het NHG gestegen is en willen we een ledenwaardering van een 8,0 (t.o.v. 7,5 in 2020). In 2022 gaan we daarom activiteiten en materialen van het NHG zichtbaar beter maken.
Mijlpalen van de vereniging
De oprichtingsvergadering was op 29 december 1956 in restaurant Esplanade te Utrecht. In totaal hadden zich in die dagen 500 huisartsen voor het lidmaatschap van het Genootschap opgegeven, ofwel 14 procent van de toenmalige Nederlandse huisartsen. Het volgende jaar verscheen het blad Huisarts en Wetenschap voor het eerst.
Op 23 en 24 januari 1959 organiseerde het NHG de later befaamd geworden Woudschotenconferentie. De functie van de huisarts werd daar geformuleerd als ‘het aanvaarden der verantwoordelijkheid voor een continue, integrale en persoonlijke zorg voor de gezondheid van de zich aan hem toevertrouwende individuele mensen en gezinnen’.
Vanaf de jaren 60 speelden de in het NHG verenigde huisartsen een belangrijke rol bij de ontwikkeling van huisartseninstituten op de Nederlandse universiteiten. Door de goede relaties tussen het NHG, de huisartsen in het veld en de academische onderzoekswereld – en de daarmee samenhangende wetenschappelijke ontwikkeling van de huisartsgeneeskunde – is veel gewonnen als het gaat om de opgave die de oprichters van het NHG zich stelden. Het is nu zeer wel duidelijk wat een huisartsengeneeskunst inhoudt, zowel naar uitgebreidheid en begrenzing alsook naar de wijze waarop wetenschappelijke studie zich (steeds verder) zal moeten ontplooien.
De jaren 1980-1987 vormden een overgangsperiode. Het NHG was altijd een liefhebbersorganisatie gebleven, met een verzameling losse werkgroepen en commissies, en regionale NHG-Centra. In 1980 telde het NHG-bureau slechts 6 medewerkers. In 1989 was het NHG in korte tijd uitgegroeid tot een professionele organisatie met 35 medewerkers.
Vanaf de jaren 80 nam het kwaliteits- en standaardenbeleid een hoge vlucht, met daaraan gekoppeld nascholing, preventie en patiëntenvoorlichting, en ook toetsing. In 1987 werd het kwaliteitsbeleid geformuleerd en begon het NHG met het schrijven van de eerste NHG-Standaard. In 1989 zag die standaard het licht: Diabetes mellitus type II (M01). In de geschiedenis van het Genootschap was dit een van de belangrijkste ontwikkelingen, die verregaande consequenties zou hebben voor zowel het veld als het bureau. De plastic samenvattingskaartjes van de standaarden waren uiterst populair, maar die waren alleen te krijgen via Huisarts en Wetenschap en een abonnement daarop was gekoppeld aan het NHG-lidmaatschap.
Het ledenaantal groeide dan ook explosief: van circa 2500 in 1989 toen de eerste standaard verscheen, naar 4000 in 1990; en in het decennium daarna verdubbelde het ledenaantal tot 8000. Het NHG-bureau groeide in die tijd mee naar ruim 100 medewerkers.
In dit jaar is de Kaderopleiding Huisartsgeneeskunde in het reguliere NHG-beleid opgenomen is de Richtlijn Informatie-uitwisseling tussen Huisarts en Specialist bij verwijzing (HASP) opgezet.
Jubileumcongres Tussen toen en Toekomst. Over continuïteit in de huisartsgeneeskunde. Meerjarenbeleidsplan.
De thema’s voor het jubileumjaar
Elke maand staat een thema centraal. We bespreken het verleden, heden en we werpen een blik op de toekomst.
